Paul Cliteurs getuigenis bij het Wilders-proces staat nu online. Je moet het bekijken als een soort puzzel: vind de sofismen. Het is wel een makkelijke puzzel. Ik ben benieuwd of de man zichzelf wel helemaal serieus neemt. Je begrijpt in ieder geval waar Baudet de mosterd haalt.
1. Minder Marokkanen is feitelijk een uitspraak over nationaliteit, niet over ras.
Rassen bestaan überhaupt niet, in biologische zin. Rassen zijn sociale constructies, groepsidentiteiten waarmee historisch gezien de menselijke diversiteit werd geordend en hiërarchisch ingedeeld. Vandaag de dag gebruiken we veelal de term etniciteit, omdat dit minder de nadruk legt op 19e-eeuwse ideeën over ras als biologisch gegeven. Wat we bedoelen met discriminatie op basis van ras – racisme – gaat dus over etniciteit. Marokkaanse Nederlanders hebben een etniciteit, we noemen ze niet voor niets een etnische minderheid.
2. De vraag is of je mag zeggen of je minder Amerikanen of minder Maleisiërs wenst in Den Haag.
Bizar argument. In tegenstelling tot Marokkaanse Nederlanders zijn Amerikanen of Maleisiërs geen Nederlandse burgers met bijbehorende rechten.
3. Als de rechter zich uitspreekt over de beleidsvoornemens van een politicus, dan gaat de rechter op de stoel van de politiek zitten.
Cliteur spreekt over de trias politica en stelt dat de rechterlijke en wetgevende macht zo min mogelijk in elkaars vaarwater moeten komen. Maar hij verzuimt te vermelden dat het Wilders is die de confrontatie zoekt met de rechter door de randen van de wet op te zoeken met zijn uitspraken. Ook met zijn partijprogramma keert Wilders zich tegen de grondwet. Je kunt natuurlijk stellen dat discriminerende uitspraken beter niet door de rechter maar in de politieke arena moeten worden bestreden (dat is ook mijn mening) maar dat is een politiek argument en daar gaat de rechter niet over. Dat is aan de wetgever. Cliteur wil grappig genoeg dat de rechter op de stoel van de wetgevende macht gaat zitten.
4. Minder Marokkanen is feitelijk een uitspraak over immigratie en de selectiecriteria die in deze migratie een rol zouden moeten spelen.
Lachen. Nee, minder Marokkanen is een uitspraak over Marokkaanse Nederlanders, zoals Wilders zelf ook heeft verduidelijkt door te stellen dat het hem eigenlijk om ‘criminele Marokkanen’ zou gaan.
5. De Hoge Raad geeft een vreemde interpretatie van (on)verdraagzaamheid.
Nogal wiedes. De Hoge Raad heeft over het (on)verdraagzaamheid richting mensen. Cliteur heeft het over (on)verdraagzaamheid richting meningen en komt met het Voltaire-cliché op de proppen. Het is niet alsof de laatste versie de enige logische interpretatie van verdraagzaamheid is.
En dat waren slechts de eerste 20 minuten.
Het sleutelmoment is helemaal aan het einde van de sessie, wanneer de voorzittende rechter aan Cliteur vraagt hoe hij eigenlijk bij zijn interpretatie van de uitspraak van Wilders komt. De voorzitter stelt dat Wilders in de rechtszaal en in zijn partijprogramma heel duidelijk heeft laten weten dat zijn uitspraak Marokkaanse Nederlanders betreft. Cliteur stelt dat hij uitgaat van een “grammaticale interpretatietechniek”.
De voorzitter concludeert op onderkoelde, beheerste wijze: “in die zin is het uw interpretatie van hoe u het heeft gelezen en hoe u het uitlegt en waarop u dan vervolgens ook voortredeneert in uw verslag.”
Dodelijk.
Een van de rechters kan op dit moment een besmuikt lachje niet onderdrukken. De advocaat van Wilders probeert haar later nog tevergeefs te wraken. Het lijkt mij dat haar lach niet duidt op vooringenomenheid, eerder op een ongewild komisch talent van de heer Cliteur.