Afgelopen vrijdag gepresenteerd bij literair café Perdu. Work in progress.
Noties als vrijheid en tolerantie zijn door en door verbonden met de historische identiteit van Amsterdam, een stad die trots ontleent aan haar imago als vrijhaven van culturele en politieke expressie. Onder Cohen was het een van de weinige plekken waar het huidige politieke klimaat van culturele en religieuze polarisatie geen voet aan de grond wist te krijgen. Een stad waar de ‘zachte’ benadering op het gebied van conflictresolutie van kracht bleef, lang nadat deze op nationaal niveau in de ban was gedaan. Tegelijkertijd heeft Amsterdam veel van de geest van vrijheid en rebellie verloren, die de stad beroemd en berucht maakte als magisch centrum in de jaren zestig, als een Oranje Vrijstraat in de jaren zeventig en als krakersbolwerk in de jaren tachtig. De aanstaande kroning zal naar alle waarschijnlijkheid dienen als symbolische bezegeling van dit proces. Vrije ruimtes in de stad zijn geassimileerd, krakers ontruimd. Hoge onroerend goed prijzen, gecombineerd met een overdosis aan regelgeving, gehandhaafd door overenthousiaste inspecteurs, maken initiatieven van onderop zo goed als onmogelijk en vormen een structurele beperking van het stedelijke culturele leven. Nog belangrijker is dat de bevolking van de stad, gezien in termen van haar aspiraties en opvattingen, zich in een meer gedomesticeerde staat lijkt te bevinden dan lange tijd het geval is geweest. Wie een tijd in Londen, Barcelona of Berlijn vertoeft, steden waar de alternatieve levenswandel in hoge mate het straatbeeld bepaalt, verbaast zich bij terugkeer over zoveel culturele eenvormigheid. In deze lezing wil ik argumenteren dat noties van tolerantie en ware vrijheid die ons zijn overgeleverd uit voorbije eeuwen, aan de basis staan van het contradictoire mengsel van vrijheid en conformisme dat de stad vandaag de dag in haar greep houdt.